Voorontwerpbestemmingsplan buitengebied 2019
Algemene informatie voorontwerpbestemmingsplan buitengebied 2019.
Verbetering raadpleegbaarheid
Als gevolg van verschillende reparaties van het bestemmingsplan buitengebied 2012, is de planologische regelgeving voor het buitengebied onoverzichtelijk geworden. Bij digitale raadpleging op de landelijke site ‘ruimtelijke plannen.nl’ is het lastig om de correcte bestemmingsbepalingen van een perceel te achterhalen. Door samenvoeging van de planregelingen in het bestemmingsplan buitengebied 2019, wordt de overzichtelijkheid en de raadpleegbaarheid sterk verbeterd. De gemeente wil het bestemmingsplan voor het buitengebied zo snel mogelijk op orde maken en kiest daarom voor een beleidsarme actualisatie. Recreatieterreinen die niet in het bestemmingsplan buitengebied 2012 of in de daarna vastgestelde reparatieplannen werden opgenomen, behouden hun ‘eigen’ bestemmingsplan.
PAS-uitspraak en samenwerking met Rijk en provincie Drenthe
Op 29 mei 2019 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State besloten dat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet als basis voor toestemming voor activiteiten mag worden gebruikt. Tegen het bestemmingsplan ‘Buitengebied, agrarische gronden’ (vastgesteld juni 2017) is beroep ingesteld bij de Raad van State. De verwachting is dat de Raad van State in september 2019 uitspraak doet over het beroep. Hierbij zal de Raad van State ook beoordelen of het bestemmingsplan strijdig is met het PAS-besluit. Als deze uitspraak aanleiding geeft tot het wijzigen van het bestemmingsplan buitengebied 2019, zullen deze wijzigingen door middel van een nieuwe periode van inspraak en vooroverleg bekend gemaakt worden. Naar aanleiding van de aangenomen moties in de Tweede Kamer van 4 juli 2019 trekt de gemeente samen met de provincie Drenthe en het Rijk op om de mogelijkheden voor regelgeving met betrekking tot gewasbeschermingsmiddelen te onderzoeken. Indien mogelijk worden de uitkomsten van deze samenwerking verwerkt.
Partiële herzieningen, projectbesluiten en omgevingsvergunningen
Sinds 2012 zijn door middel van diverse partiële herzieningen, projectbesluiten en omgevingsvergunningen planologische rechten toegekend. Deze rechten zijn in het bestemmingsplan buitengebied 2019 verwerkt. Het gaat uitsluitend om planologische rechten die onherroepelijk zijn. In de toelichting van het bestemmingsplan is een overzicht opgenomen.
Beleidsarme actualisatie
In het bestemmingsplan buitengebied 2019 zijn in hoofdzaak reeds toegekende planologische rechten overgenomen. De bedoeling van dit proces is dat binnen korte tijd een inzichtelijk en goed raadpleegbaar bestemmingsplan gaat gelden.
Beleidsontwikkelingen waarvoor specifiek onderzoek nodig is of een milieueffectrapport moet worden opgesteld, worden niet in dit bestemmingsplan meegenomen. Dit geldt bijvoorbeeld voor het nog te ontwikkelen omgevingsbeleid in verband met het klimaatakkoord, de energietransitie, de wateropgave en dergelijke. Functieveranderingen die volgens het geldende bestemmingsplan met toepassing van een wijzigingsbevoegdheid in beginsel al kunnen worden toegestaan kunnen in dit bestemmingsplan wel worden meegenomen, mits vooraf duidelijk is dat aan de voorwaarden van de wijzigingsbevoegdheid wordt voldaan. De eigenaar/belanghebbende zal dit door middel van een ruimtelijke onderbouwing moeten aantonen. De inspraakperiode kan worden benut om samen met een inspraakreactie aan te tonen dat de functieverandering in deze bestemmingsplanprocedure kan worden meegenomen. Bijvoorbeeld voor eigenaren van woonboerderijen die nog een agrarische bedrijfsbestemming hebben, kan dit een mogelijkheid zijn om de bestemmingsverandering met minder planologische kosten geregeld te krijgen.
Kamperen bij de boer
Met dit voorontwerpbestemmingsplan wordt voorgesteld de bestaande afwijkingsbevoegdheid voor ‘kamperen bij de boer’ aan te passen, omdat het aantal agrarische bedrijven met kamperen bij de boer de laatste jaren sterk is afgenomen. De gemeente wil deze bijzondere kampeervorm, als onderdeel van een gevarieerd recreatief aanbod, graag behouden. De voorgestelde aanpassing komt er in hoofdzaak op neer dat het maximaal aantal van 25 kampeermiddelen per kampeerplaats komt te vervallen en dat in de plaats daarvan een maximale oppervlakte van een half hectare per kampeerterrein gaat gelden. De bedoeling hiervan is dat het voor agrarische bedrijven bedrijfseconomisch aantrekkelijk wordt om deze kleinschalige vorm van verblijfsrecreatie aan te bieden. Om te waarborgen dat er sprake blijft van een bijzondere kampeervorm die geen verdringingseffect heeft op de reguliere recreatiesector, is de totale maximale oppervlakte waarvoor binnen het plangebied vergunning mag worden verleend, bepaald op vijf hectare. Onveranderd blijft dat het ‘kamperen bij de boer’ seizoensgebonden is en alleen wordt toegestaan bij een functionerend agrarisch bedrijf, binnen het agrarisch bouwblok.
Kleinschalige duurzame energiewinning
Met het oog op de energietransitie wordt door de gemeente een duurzaamheidsbeleid ontwikkeld. Dit betekent dat de komende tijd zal worden vastgelegd welke ontwikkelingsruimte de gemeente voor het opwekken van duurzame energie gaat bieden. Veel inwoners en bedrijven kiezen voor een eigen kleinschalige vorm van duurzame energiewinning. Het plaatsen van zonnepanelen op het dak is hiervan een sprekend voorbeeld. Het huidige bestemmingsplan biedt hier al ruimte voor, maar in het bestemmingsplan buitengebied 2019 worden voor particulieren en bedrijven meer opties aangereikt. De inspraakmogelijkheid kan worden aangegrepen om vast te reageren op de kleinschalige mogelijkheden. Burgemeester en wethouders willen mede aan de hand van de inspraakreacties in overweging nemen of er meer ontwikkelingsruimte voor kleinschalige duurzame energiewinning in het bestemmingsplan kan worden opgenomen.
Zonnepanelen op bestaande bouwvlakken
In het bestemmingsplan zijn voor particulieren en bedrijven mogelijkheden opgenomen voor het op de grond plaatsen van zonnepanelen binnen het bouwvlak van de woning of van het bedrijf. Onder bepaalde voorwaarden kan plaatsing op aangrenzende agrarische grond worden toegestaan. Belangrijke voorwaarde is een goede landschappelijk inpassing.
Bedrijven kunnen ervoor kiezen om een deel van hun bouwvlak, al dan niet tijdelijk, te gebruiken voor een grondopstelling van zonnepanelen. Het bedrijf mag meer duurzame energie produceren dan voor het eigen gebruik nodig is. Met andere woorden, op de bedrijfslocatie mag het bedrijf ook energie opwekken voor derden. Er moet wel aan ruimtelijke voorwaarden worden voldaan, zoals een goede landschappelijke inpassing.
Kleine windmolens en windturbines
De provinciale omgevingsverordening biedt gemeenten de mogelijkheid om een regeling voor kleine windmolens en windturbines in het bestemmingsplan op te nemen. In het bestemmingsplan is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen op grond waarvan burgemeester en wethouders omgevingsvergunning kunnen verlenen voor één kleine windmolen en vier verticaal roterende windturbines. De regeling is vooral bedoeld voor agrarische bedrijven, maar ook andere bedrijven in het buitengebied kunnen er een beroep op doen. Een kleine windmolen heeft een as-hoogte van maximaal 15 meter en een windturbine mag als geheel maximaal 15 meter hoog zijn. Hoewel voor het goed functioneren van een windmolen een vrije opstelling nodig is, is de impact op het landschap naar verhouding tot bestaande bouwmogelijkheden vrij gering. Als een bouwvlak in een landschappelijk kwetsbaar gebied ligt, kan dat voor de gemeente een reden zijn om geen medewerking te verlenen voor een windmolen. Verder moet er rekening worden gehouden met vliegroutes van vleermuizen en vogels. De verticaal roterende windturbines hebben weliswaar een lagere stroomopbrengst, maar zijn minder afhankelijk van een vrije opstelling. Door verschillende mogelijkheden te combineren kan aanzienlijk meer groene stroom worden geproduceerd dan voor het eigen gebruik nodig is.
Wettelijke status
Het voorontwerpbestemmingsplan heeft geen juridische status. Dit betekent dat de vorige bestemmingsplannen ‘gewoon’ van kracht blijven en dat bij het beoordelen van aanvragen om omgevingsvergunning niet aan dit voorontwerpbestemmingsplan wordt getoetst. Dit betekent ook dat het voorontwerp nog geen recht geeft op een omgevingsvergunning.
Na de inspraakperiode wordt het voorontwerp omgevormd tot een ontwerpbestemmingsplan en dan gaat de formeel-juridische procedure van start. Vanaf dat moment is het van belang dat een aanvraag in het nieuwe bestemmingsplan past. Naar verwachting zal het ontwerpbestemmingsplan begin volgend jaar ter inzage worden gelegd, waarbij rekening zal worden gehouden met de te verwachten uitspraak van de Raad van State inzake het bestemmingsplan ‘Buitengebied, agrarische gronden’.
Ook als u geen inspraakreactie heeft ingediend blijft het mogelijk om dan desgewenst een zienswijze in te dienen.
Inzien van het bestemmingsplan
Voor het inzien van het bestemmingsplan kunt u de landelijke website Ruimtelijke plannen raadplegen. Op deze site staat een gebruikershandleiding. Het gehele bestemmingsplan is ook rechtstreeks raadpleegbaar. Voor raadpleging van de bestemming van een afzonderlijk perceel kunt u zoeken op een adres.
Bestemming controleren
Het gebruik van gronden en gebouwen mag niet strijdig zijn met het bestemmingsplan. Het is voor eigenaren en gebruikers van woningen, bedrijven en grondpercelen (bos, natuur, agrarisch, recreatief) van belang dat het feitelijk gebruik in overeenstemming is met de bestemming. Het komt voor dat bij aan- of verkoop of bij bouwplannen pas naar voren komt dat de werkelijke gebruiksfunctie afwijkt van het bestemmingsplan. Dit kan tot gevolg hebben dat een overeenkomst niet door gaat of dat een afzonderlijke planologische procedure moet worden gevolgd. De procedure voor het aanpassen van de bestemming is dan voor eigen rekening. De inspraakperiode is een uitgelezen mogelijkheid voor eigenaren en gebruikers om te controleren of ‘hun’ bestemming nog klopt en, als dat niet het geval mocht zijn, een inspraakreactie in te dienen. De gemeente kan dan beoordelen of de bestemming in het ontwerpbestemmingsplan kan worden meegenomen.
Spreekuur
Heeft u behoefte aan een persoonlijk gesprek met een medewerker Ruimtelijke Ordening over de bestemming van uw perceel ? Dan kunt u zich aanmelden voor het spreekuur. Na telefonische aanmelding via telefoonnummer 14 0521 bij het Klant Contact Centrum (KCC) van de gemeente wordt contact met u opgenomen voor het maken van een afspraak. Tijdens dit spreekuur kunt u aangeven of u behoefte heeft aan het indienen van een mondelinge inspraakreactie.
Inspraakreactie indienen
De inspraakprocedure staat vermeld in de kennisgeving van de terinzagelegging van het voorontwerpbestemmingsplan. Bovenaan deze webpagina kunt u gebruik maken van het formulier voor indiening per e-mail. Wij stellen het op prijs als u gebruik maakt van deze mogelijkheid, maar u mag uw reactie ook per post toesturen. In dat geval wel graag uw mailadres en/of telefoonnummer vermelden. De ontvangst van een inspraakreactie wordt binnen een paar dagen bevestigd. Als u geen ontvangstbevestiging krijgt, vragen wij u dit bij het Klantcontactcentrum te melden.
Volg ons